foul
foul
faʊl
fawl
British pronunciation
/fˈa‍ʊl/

Definitie en betekenis van "foul"in het Engels

01

walgelijk, stinkend

having an extremely unpleasant taste or smell
foul definition and meaning
example
Voorbeelden
The spoiled meat emitted a foul odor that permeated the entire kitchen.
Het bedorven vlees verspreidde een walgelijke geur die de hele keuken doordrong.
The stagnant water in the pond had a foul taste, discouraging any attempts at drinking from it.
Het stilstaande water in de vijver had een walgelijke smaak, wat elke poging om ervan te drinken ontmoedigde.
02

walgelijk, weerzinwekkend

extremely unpleasant or disgusting, causing strong feelings of dislike
foul definition and meaning
example
Voorbeelden
The foul behavior of the unruly crowd led to their removal from the premises.
Het walgelijke gedrag van de onhandelbare menigte leidde tot hun verwijdering van het terrein.
The foul sight of the decaying animal carcass repulsed passersby.
De walgelijke aanblik van het rottende dierenkadaver stootte voorbijgangers af.
03

onrechtvaardig, onethisch

unfair or morally unacceptable, often involving unethical methods
example
Voorbeelden
The team resorted to foul strategies to win the championship.
Het team nam zijn toevlucht tot vuile strategieën om het kampioenschap te winnen.
She did n't deserve such foul treatment from her coworkers.
Ze verdiende geen zo onrechtvaardige behandeling van haar collega's.
04

fout, buiten spel

outside the boundaries of fair play, especially in baseball
example
Voorbeelden
Hitting a foul ball can stop a play in baseball.
Het slaan van een foul bal kan een spel in honkbal stoppen.
Foul pitches are often used to tire out the opposing batter.
Foul worpen worden vaak gebruikt om de tegenstander te vermoeien.
05

vervuild, schadelijk

containing harmful or polluted substances
example
Voorbeelden
The foul air in the industrial zone made it difficult to breathe.
De vieze lucht in het industriële gebied maakte het moeilijk om te ademen.
The foul smell from the garbage filled the entire street.
De walgelijke geur van het vulnis vulde de hele straat.
06

beledigend, ongepast

offensive or inappropriate, especially in language or behavior
example
Voorbeelden
His foul language shocked everyone in the room.
Zijn grove taal schokte iedereen in de kamer.
The movie contained foul jokes that many found offensive.
De film bevatte grove grappen die velen aanstootgevend vonden.
07

gecorrigeerd, gereviseerd

referring to a draft or manuscript with corrections or revisions
example
Voorbeelden
The editor reviewed the foul manuscript before printing.
De redacteur bekeek het foul manuscript voor het drukken.
She handed in the foul proofs for final edits.
Ze heeft de proeven ingeleverd voor de laatste bewerkingen.
08

begroeid, vuil

(of a ship's bottom) covered or obstructed by seaweed, barnacles, or other growths
example
Voorbeelden
The ship was delayed due to its foul hull, which needed cleaning.
Het schip werd vertraagd vanwege zijn vuile romp, die schoongemaakt moest worden.
A fouled bottom can reduce a ship's speed and efficiency.
Een vuile bodem kan de snelheid en efficiëntie van een schip verminderen.
09

verstopt, vuil

clogged or obstructed, often by dirt, debris, or waste
example
Voorbeelden
The pipes became foul with grease and debris.
De pijpen raakten verstopt met vet en puin.
The drain was foul, unable to clear the water.
De afvoer was verstopt, niet in staat om het water te klaren.
01

overtreding, fout

an act in a sport that is against the rules and is not allowed
foul definition and meaning
example
Voorbeelden
The player was penalized for a foul after tripping his opponent.
De speler werd bestraft voor een overtreding nadat hij zijn tegenstander liet struikelen.
The referee called a foul for pushing during the match.
De scheidsrechter floot een overtreding voor duwen tijdens de wedstrijd.
to foul
01

een overtreding begaan, tegen de regels spelen

to play against the rules of a game
to foul definition and meaning
example
Voorbeelden
The defender fouled the striker during the corner kick, resulting in a free kick.
De verdediger maakte een overtreding op de aanvaller tijdens de hoekschop, wat resulteerde in een vrije trap.
He fouled his opponent by pushing him off the ball.
Hij maakte een overtreding op zijn tegenstander door hem van de bal af te duwen.
02

overtreding, een overtreding begaan

to hit the ball outside the designated playing area
example
Voorbeelden
He fouled the pitch to the left of the foul line, making it an automatic strike.
Hij foulede de worp links van de foutlijn, waardoor het een automatische strike werd.
The batter fouled the ball over the fence into the stands.
De slagman foulede de bal over het hek de tribunes in.
03

vervuilen, bezoedelen

to make something dirty, impure, or contaminated
Transitive
example
Voorbeelden
The sewage leak fouled the entire river.
Het rioollek heeft de hele rivier vervuild.
Do n't foul the carpet with your muddy boots.
Bevuil het tapijt niet met je modderige laarzen.
04

verstoppen, blokkeren

to block or obstruct something by tangling or colliding with it
Transitive
example
Voorbeelden
The debris fouled the engine, leading to a breakdown.
Het puin verstopte de motor, wat leidde tot een storing.
The fishing line fouled the boat's propeller, causing it to stop.
De vislijn raakte verstrikt in de schroef van de boot, waardoor deze stopte.
05

verstrikt raken, blokkeren

to become blocked, tangled, or obstructed
Intransitive
example
Voorbeelden
The fishing line fouled after getting caught in the weeds.
De vislijn raakte verstrikt nadat deze in het onkruid bleef haken.
The machinery began to foul, causing the production line to stop.
De machinerie begon te verstoppen, waardoor de productielijn stopte.
LanGeek
Download de App
langeek application

Download Mobile App

stars

app store