Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
to tread
01
trappen, vertrappen
to step on or crush something with the feet, often implying a forceful or heavy action
Transitive: to tread on sth
Voorbeelden
The muddy boots tread on the freshly planted flowers, leaving imprints in the garden.
De modderige laarzen trappen op de pas geplante bloemen, waardoor er afdrukken in de tuin achterblijven.
The marching soldiers tread on the soft soil, leaving a pattern of footprints on the training ground.
De marcherende soldaten trappen op de zachte grond, waardoor een patroon van voetafdrukken op de trainingsgrond achterblijft.
02
lopen, voortbewegen
to move along a path, surface, or area by taking steps
Intransitive: to tread somewhere
Voorbeelden
The hikers tread along the mountain trail, enjoying the breathtaking views.
De wandelaars treden langs het bergpad, genietend van de adembenemende uitzichten.
As the procession began, the participants tread slowly down the aisle of the church.
Toen de stoet begon, liepen de deelnemers langzaam door het gangpad van de kerk.
03
onderdrukken, vertrappen
to suppress or control with force, as if trampling down opposition or resistance
Transitive: to tread sth
Voorbeelden
The authoritarian regime sought to tread any dissent, silencing opposing voices.
Het autoritaire regime probeerde elke dissidentie teonderdrukken, tegenstemmen het zwijgen op te leggen.
In times of crisis, the government may attempt to tread resistance by implementing strict measures.
In tijden van crisis kan de regering proberen weerstand te onderdrukken door strikte maatregelen in te voeren.
04
besteden, paren met
(of a male bird) to engage in the mating process
Transitive: to tread a female bird
Voorbeelden
During the breeding season, the male peacock treads the female to fertilize her eggs.
Tijdens het broedseizoen trapt de mannelijke pauw het vrouwtje om haar eieren te bevruchten.
The male swan treads the female gracefully, their synchronized movements a part of their mating ritual.
De mannelijke zwaan betreedt het vrouwtje sierlijk, hun gesynchroniseerde bewegingen maken deel uit van hun paringsritueel.
01
stap, stapje
a step in walking or running
02
tree, trede
the horizontal part of a step in a staircase that provides a surface to walk on
03
het loopvlak, de zool
the part (as of a wheel or shoe) that makes contact with the ground
04
het loopvlak, het profiel van de band
the part of a tire that comes into contact with the road, featuring patterns for grip
Voorbeelden
She checked the tread depth before the road trip.
Ze controleerde de profieldiepte voor de roadtrip.
They rotated the tires to ensure even tread wear.
Ze draaiden de banden om een gelijkmatige slijtage van het loopvlak te garanderen.
Lexicale Boom
retread
tread



























