Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
Voorbeelden
In family court, judges handle matters such as divorce, child custody, and domestic violence disputes.
In de familierechtbank behandelen rechters zaken zoals echtscheiding, voogdij over kinderen en geschillen over huiselijk geweld.
As a witness in the trial, Sarah was required to testify under oath and answer questions posed by the attorneys in the court.
Als getuige in de rechtszaak moest Sarah onder ede getuigen en vragen beantwoorden die door de advocaten in de rechtbank werden gesteld.
1.1
rechtbank, hof
the group of people in a court including the judge and the jury
Voorbeelden
The court listened carefully to the witness's testimony.
De rechtbank luisterde aandachtig naar het getuigenis van de getuige.
The judge asked the court to maintain order during the proceedings.
De rechter vroeg de rechtbank om de orde te handhaven tijdens de zitting.
02
het hof, de rechtbank
the sovereign and their appointed advisers who form the governing body of a state
Voorbeelden
The king and his court met to discuss the new policies.
De koning en zijn hof kwamen bijeen om het nieuwe beleid te bespreken.
She was granted an audience with the royal court to present her petition.
Ze kreeg een audiëntie bij het koninklijk hof om haar verzoekschrift in te dienen.
03
veld, baan
an area where people can play basketball, tennis, etc.
Voorbeelden
The players warmed up on the basketball court before the game.
De spelers warmden op op het basketbalveld voor de wedstrijd.
She reserved a tennis court for her lesson tomorrow.
Ze heeft een tennisbaan gereserveerd voor haar les morgen.
04
hoffelijkheid, eerbetoon
an expression of respectful deference or honor
Voorbeelden
The audience showed court by standing as the speaker entered the room.
Het publiek toonde respect door op te staan toen de spreker de kamer binnenkwam.
In ancient times, displaying court to the emperor was a crucial part of protocol.
In oude tijden was het tonen van eerbetoon aan de keizer een cruciaal onderdeel van het protocol.
Voorbeelden
The grand manor boasted a beautiful inner court, adorned with lush greenery and elegant stone pathways, providing a serene retreat for its residents.
Het grote herenhuis pronkte met een prachtige binnenplaats, versierd met weelderig groen en elegante stenen paden, die een serene retreat bood voor zijn bewoners.
In the heart of the ancient castle, the inner court served as a gathering place for nobles and courtiers, its towering walls echoing with tales of bygone eras.
In het hart van het oude kasteel diende de binnenste hof als een verzamelplaats voor edelen en hovelingen, zijn hoge muren echoden met verhalen uit vervlogen tijden.
06
a lodging establishment for motorists, providing direct access from rooms to parking
Voorbeelden
They stayed at a roadside court during their road trip.
The motel-style court had easy parking outside each room.
07
the official residence of a sovereign, monarch, or noble
Voorbeelden
The king received ambassadors at his court.
Life at the royal court involved strict etiquette.
08
a tribunal or judicial body presided over by a judge or magistrate, administering justice according to law
Voorbeelden
The case was brought before a federal court.
Evidence was submitted to the court for review.
09
the family, attendants, and household of a sovereign or noble
Voorbeelden
The princess was well known throughout the royal court.
Artists and poets were patronized by the court.
10
een binnenplaats, een doorgang
a narrow passage or enclosed area often found between buildings or alongside them in urban settings
Voorbeelden
The alley behind the main street led to a small court where residents often gathered to chat.
Het steegje achter de hoofdstraat leidde naar een kleine binnenplaats waar bewoners vaak samenkwamen om te kletsen.
We parked our bicycles in the court beside the library before heading inside to return our books.
We parkeerden onze fietsen in de binnenplaats naast de bibliotheek voordat we naar binnen gingen om onze boeken terug te brengen.
to court
01
hofmaken, versieren
to romantically pursue someone by expressing interest and affection to establish a relationship
Transitive: to court sb
Voorbeelden
In the Victorian era, gentlemen would traditionally court ladies with flowers and polite gestures.
In het Victoriaanse tijdperk hofmakerden heren traditioneel dames met bloemen en beleefde gebaren.
He decided to court her by writing heartfelt letters expressing his feelings.
Hij besloot haar het hof te maken door hartverwarmende brieven te schrijven waarin hij zijn gevoelens uitdrukte.
02
het hof maken, verleiden
to show interest or affection toward someone in order to gain their approval or favors
Transitive: to court sb/sth
Voorbeelden
He spent months courting potential investors to secure funding for his business.
Hij besteedde maanden aan het hofmakerij van potentiële investeerders om financiering voor zijn bedrijf te verkrijgen.
The politician courted voters by attending local events and listening to their concerns.
De politicus hofmakerde de kiezers door lokale evenementen bij te wonen en naar hun zorgen te luisteren.
03
hofmaken, verkeren
to participate in a series of social interactions or activities with the goal of building a relationship that may lead to marriage
Intransitive
Voorbeelden
They courted for two years before finally getting engaged.
Ze hofmakerden twee jaar voordat ze uiteindelijk verloofd raakten.
In the past, people often courted for a long time before deciding to marry.
Vroeger hofmakerden mensen vaak lange tijd voordat ze besloten te trouwen.
Lexicale Boom
courtly
courtship
court



























