Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
to kick off
[phrase form: kick]
01
starten, beginnen
to cause something to begin, particularly initiating an event or process
Voorbeelden
To kick off the project, they held a brainstorming session with the entire team.
Om het project te starten, hielden ze een brainstormsessie met het hele team.
The company plans to kick off the new marketing campaign next week.
Het bedrijf van plan is om de nieuwe marketingcampagne volgende week te lanceren.
Voorbeelden
The holiday season officially kicks off with the Thanksgiving parade.
Het vakantieseizoen begint officieel met de Thanksgiving-parade.
The conference will kick off with a keynote speech from the CEO.
De conferentie begint met een keynote speech van de CEO.
03
eraf schoppen, met een plotselinge beweging verwijderen
to remove something, often with a sudden or forceful motion
Voorbeelden
He kicked off his hat and ran into the ocean.
Hij trapte zijn hoed af en rende de zee in.
She kicked her sandals off and jumped into the pool.
Ze trapte haar sandalen uit en sprong in het zwembad.
04
de aftrap nemen, de wedstrijd beginnen
(in sports) to start a game or match by kicking the ball or puck
Voorbeelden
The team that wins the coin toss will choose whether to kick off or receive the ball.
Het team dat de toss wint, kiest of het aftrapt of de bal ontvangt.
The referee blew the whistle, and the game kicked off.
De scheidsrechter floot, en de wedstrijd begon.
05
beginnen met het veroorzaken van problemen, rellen uitlokken
to start causing trouble or a disturbance, often in an aggressive or disruptive manner, which may cause problems for others in a public setting
Voorbeelden
The fans started kicking off after their team lost the match.
De fans begonnen rellen te schoppen nadat hun team de wedstrijd had verloren.
The party was going fine until one guy kicked off and started a fight.
Het feestje verliep goed totdat een man ruzie schopte en een gevecht begon.
06
ontslaan, eruit gooien
to expel, dismiss, or remove someone from a position or role, often due to poor performance, misconduct, or other reasons
Voorbeelden
The company kicked off the CEO for embezzlement.
Het bedrijf heeft de CEO ontslagen wegens verduistering.
The coach had no choice but to kick off the player who consistently violated team rules.
De coach had geen andere keuze dan de speler die consistent de teamregels overtrad eruit te gooien.
07
het loodje leggen, naar de eeuwige jachtvelden vertrekken
to pass away, usually suddenly or unexpectedly
Voorbeelden
He kicked off last night after a long battle with cancer.
Hij is gisteravond overleden na een lang gevecht tegen kanker.
The old man kicked off in his sleep.
De oude man is overleden in zijn slaap.
08
ontploffen, door het lint gaan
to suddenly become angry
Voorbeelden
He kicked off when he found out that he had been passed over for the promotion.
Hij vloog uit zijn slof toen hij ontdekte dat hij was overgeslagen voor de promotie.
The teacher kicked off when she saw the students were not paying attention.
De leraar vloog uit zijn slof toen hij zag dat de leerlingen niet opletten.
09
abrupt leave, abrupt leave
to quit or leave a job or position, usually in an abrupt or sudden manner
Voorbeelden
He kicked off his job last week after an argument with his boss.
Hij heeft vorige week na een ruzie met zijn baas zijn baan opgezegd.
The employee kicked off after being treated unfairly by her boss.
De medewerker nam ontslag nadat ze oneerlijk werd behandeld door haar baas.



























