Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
01
rechtvaardig, billijk
acting in a way that is fair, righteous, and morally correct
Voorbeelden
A just ruler treats all citizens equally.
Een rechtvaardige heerser behandelt alle burgers gelijk.
The court's decision was just and balanced.
De beslissing van de rechtbank was rechtvaardig en evenwichtig.
1.1
gerechtvaardigd, gegrond
based on fact, reason, or evidence
Voorbeelden
Her concerns were just and well-founded.
Haar zorgen waren gerechtvaardigd en goed onderbouwd.
The criticism was just, pointing out real flaws.
De kritiek was gerechtvaardigd, en wees op echte gebreken.
02
nauwkeurig, juist
accurate, exact, or appropriate according to rules or standards
Voorbeelden
The architect designed the building with just proportions.
De architect ontwierp het gebouw met juiste verhoudingen.
Please follow the just procedure for filing complaints.
Volg de juiste procedure voor het indienen van klachten.
Voorbeelden
He holds just title to the property.
Hij heeft een rechtmatige titel op het eigendom.
The contract is based on just agreements.
Het contract is gebaseerd op eerlijke overeenkomsten.
just
Voorbeelden
He has just arrived at the party.
Hij is net op het feestje aangekomen.
The sun just now came out from behind the clouds.
De zon is net van achter de wolken gekomen.
Voorbeelden
I 'll have just a cup of coffee, please.
Ik neem alleen een kopje koffie, alstublieft.
He needed just a few minutes to finish the task.
Hij had maar een paar minuten nodig om de taak af te maken.
2.1
echt, gewoon
used to emphasize a quality or state
Voorbeelden
They 're just amazing performers.
Ze zijn gewoon geweldige artiesten.
The cake is just delicious!
De taart is gewoon heerlijk!
Voorbeelden
It might just rain this afternoon.
Het zou vanmiddag kunnen regenen.
She could just be tired, not upset.
Ze zou gewoon moe kunnen zijn, niet van streek.
2.3
Gewoon, Eenvoudigweg
used to invite or allow someone to do something politely
Voorbeelden
Just take a seat wherever you like.
Ga gewoon zitten waar u wilt.
Please, just help yourselves to some food.
Alstublieft, help uzelf gewoon aan wat eten.
Voorbeelden
That 's just the answer I was looking for.
Dat is precies het antwoord waar ik naar op zoek was.
The measurements are just right for the project.
De metingen zijn precies goed voor het project.
3.1
net, precies nu
precisely or almost exactly at this moment
Voorbeelden
She 's just leaving the house.
Ze is net het huis aan het verlaten.
The phone is just ringing.
De telefoon gaat net.
04
net, amper
by a very small amount or degree
Voorbeelden
The price fell to just under $ 50.
De prijs daalde tot net onder $50.
He just passed the exam.
Hij is net geslaagd voor het examen.
Voorbeelden
The café is just around the corner.
Het café is vlak om de hoek.
We live just south of the city center.
We wonen net ten zuiden van het stadscentrum.
05
Precies, Absoluut
used to agree strongly with a preceding statement
Voorbeelden
" That was a terrible game. " " Did n't it just! "
"Dat was een vreselijk spel." "Precies!"
" He 's always late. " " Just that! "
« Hij is altijd te laat. » « Precies ! »
Lexicale Boom
justify
justly
justness
just



























