Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
scarcely
Voorbeelden
I could scarcely hear her whisper.
Ik kon haar fluistering amper horen.
She could scarcely stand after the long walk.
Ze kon nauwelijks staan na de lange wandeling.
02
nauwelijks, amper
almost immediately before something else happened
Voorbeelden
She had scarcely closed the door when the phone rang.
Ze had amper de deur gesloten toen de telefoon ging.
The guests had scarcely arrived before the party started.
De gasten waren nauwelijks aangekomen voordat het feest begon.
03
nauwelijks, amper
very unlikely to happen or be true
Voorbeelden
You could scarcely have chosen a better gift.
Je had nauwelijks een beter cadeau kunnen kiezen.
She could scarcely arrive before noon.
Ze kon nauwelijks voor de middag aankomen.
Lexicale Boom
scarcely
scarce



























