scare
scare
skɛr
sker
British pronunciation
/skeə/

Definitie en betekenis van "scare"in het Engels

to scare
01

bang maken, schrik aanjagen

to suddenly make a person or animal to feel afraid
Transitive: to scare a person or animal
to scare definition and meaning
example
Voorbeelden
The loud thunder scared the dog, causing it to hide under the bed.
De harde donder schrok de hond, waardoor hij onder het bed kroop.
I did n't mean to scare you when I tapped your shoulder from behind.
Ik wilde je niet laten schrikken toen ik van achteren op je schouder tikte.
02

bang maken, doen schrikken

to become afraid or startled by something
Intransitive
example
Voorbeelden
He scares easily when watching horror movies.
Hij schrikt gemakkelijk wanneer hij horrorfilms kijkt.
Some animals scare at even the slightest movement.
Sommige dieren schrikken bij de minste beweging.
01

angst, schrik

a sudden attack of fear
02

paniek, schrik

sudden mass fear and anxiety over anticipated events
LanGeek
Download de App
langeek application

Download Mobile App

stars

app store