Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
to inject
01
injecteren, een injectie toedienen
to insert a substance or material into the body, often through a needle
Voorbeelden
Veterinarians may inject animals with medications for various health purposes.
Dierenartsen kunnen om verschillende gezondheidsredenen medicijnen injecteren bij dieren.
The veterinarian injected the dog with a vaccine to prevent disease.
De dierenarts injecteerde de hond met een vaccin om ziekte te voorkomen.
02
injecteren, inbrengen
to add or insert something new or different into a situation, system, or activity
Transitive: to inject an attitude or element into sb/sth
Voorbeelden
The coach injected fresh energy into the team by implementing a new training routine.
De coach inspoot verse energie in het team door een nieuwe trainingsroutine te implementeren.
She tried to inject some humor into the conversation to lighten the mood.
Ze probeerde wat humor in het gesprek te injecteren om de sfeer te verlichten.
03
injecteren, onder druk inbrengen
to forcefully insert a something into a space, cavity, or material using pressure
Transitive: to inject sth into a space or material
Voorbeelden
Engineers injected cement into the cracks of the foundation to stabilize the structure.
Ingenieurs injecteerden cement in de scheuren van de fundering om de structuur te stabiliseren.
Workers injected foam insulation into the walls to improve energy efficiency.
Werkers injecteerden schuimisolatie in de muren om de energie-efficiëntie te verbeteren.
04
injecteren, een injectie geven
to introduce a liquid, such as a drug or vaccine, into the body of a person or animal using a syringe
Transitive: to inject a drug or vaccine
Voorbeelden
The nurse injected the flu vaccine into his arm during the appointment.
De verpleegkundige injecteerde het griepvaccin in zijn arm tijdens de afspraak.
She had to inject insulin every day to manage her diabetes.
Ze moest elke dag insuline injecteren om haar diabetes onder controle te houden.
05
injecteren, spuiten
to administer a narcotic drug into one's own body, often as a habitual or addictive practice
Intransitive
Voorbeelden
Over time, he started to inject more frequently, becoming dependent on the drug.
Na verloop van tijd begon hij vaker te injecteren, afhankelijk van het medicijn.
They found evidence that he had been injecting regularly.
Ze vonden bewijs dat hij zich regelmatig had geïnjecteerd.
Lexicale Boom
injectable
injection
injector
inject



























