Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
to tout
01
aanprijzen, promoten
to enthusiastically promote or advertise something, emphasizing its positive qualities to attract attention or interest
Transitive: to tout sth
Voorbeelden
Marketers often tout the benefits of a new product through promotional campaigns.
Marketiers prijzen vaak de voordelen van een nieuw product aan via promotiecampagnes.
Real estate agents may tout the desirable features of a property to attract potential buyers.
Makelaars kunnen de wenselijke kenmerken van een woning aanprijzen om potentiële kopers aan te trekken.
01
een ronselaar, een lokvogel
a person who aggressively solicits customers, often in public places or for questionable services
Voorbeelden
Street touts tried to lure tourists into overpriced restaurants.
Straatronselaars probeerden toeristen te lokken naar overpriced restaurants.
Local laws cracked down on touts near the train station.
Lokale wetten traden op tegen klantenwervers bij het treinstation.
02
verkoper van wedtips, speculatieadviseur
someone who sells betting tips or speculative advice, especially at racetracks or in gambling circles
Voorbeelden
The tout promised a guaranteed win on the next race.
De wedkantoorhouder beloofde een gegarandeerde overwinning in de volgende race.
He paid a tout for insider betting advice.
Hij betaalde een lokker voor insider wedadvies.
03
ticketdoorverkoper, kaartjesopkoper
someone who buys event tickets to resell them at a profit, often illegally or unethically
Dialect
British
Voorbeelden
The tout sold concert tickets at triple the face value.
De ticketwederverkoper verkocht concertkaartjes voor drie keer de nominale waarde.
Ticket touts hovered near the stadium entrance.
De ticketwederverkopers hingen rond bij de ingang van het stadion.
Lexicale Boom
touter
tout



























