sweep
sweep
swip
svip
British pronunciation
/swˈiːp/

Definitie en betekenis van "sweep"in het Engels

to sweep
01

vegen, schoonmaken door te vegen

to clean a place by using a broom
Transitive: to sweep a place
to sweep definition and meaning
example
Voorbeelden
She sweeps the kitchen floor every evening after dinner.
Ze veegt elke avond na het eten de keukenvloer.
The janitor sweeps the hallway to keep it clean and tidy.
De conciërge veegt de gang om hem schoon en netjes te houden.
02

terugkammen, wegvegen

to brush or comb hair back from the face
Transitive: to sweep hair somewhere
to sweep definition and meaning
example
Voorbeelden
She swept her bangs back from her forehead with a quick motion.
Ze veegde haar pony met een snelle beweging van haar voorhoofd.
He swept his hair to the side to keep it out of his eyes.
Hij veegde zijn haar opzij om het uit zijn ogen te houden.
03

vegen, overweldigen

to influence or cover an area or place quickly and broadly
Intransitive
example
Voorbeelden
A sense of excitement swept over the crowd as the concert began.
Een gevoel van opwinding ving aan onder het publiek toen het concert begon.
A wave of relief swept through the team when they heard they had won.
Een golf van opluchting veegde door het team toen ze hoorden dat ze hadden gewonnen.
04

vegen, snel bewegen

to move swiftly and smoothly across a surface or through the air, often in a broad or wide-ranging motion
Intransitive: to sweep somewhere
example
Voorbeelden
The broom swept across the floor, gathering dust and debris.
De bezem veegde over de vloer, stof en puin verzamelend.
The wind swept through the valley, bending the tall grasses in its path.
De wind veegde door het dal en boog het hoge gras op zijn pad.
05

vegen, schoonvegen

to clear away dirt, litter, or debris by using a sweeping motion, typically with a broom or similar tool
Transitive: to sweep dirt or litter somewhere
example
Voorbeelden
He swept the leaves off the driveway, making it look neat again.
Hij veegde de bladeren van de oprit, waardoor het er weer netjes uitzag.
The maid swept the dust from the corners of the room.
De dienstmeid veegde het stof uit de hoeken van de kamer.
06

zich uitstrekken, kronkelen

to stretch or extend continuously in a specific direction, often forming a curve
Intransitive
example
Voorbeelden
The river sweeps through the valley, carving deep channels in the landscape.
De rivier veegt door de vallei en kerft diepe kanalen in het landschap.
The mountain range sweeps across the horizon, creating a stunning backdrop.
Het berggebied strekt zich uit over de horizon en creëert een prachtige achtergrond.
07

vegen, alle wedstrijden winnen

to win every game or event in a series
Transitive: to sweep a competition
example
Voorbeelden
The team swept the tournament, winning every match without losing a single one.
Het team veegde het toernooi, won elke wedstrijd zonder er een te verliezen.
She swept the competition, claiming first place in every event.
Ze veegde de competitie op, door in elk evenement de eerste plaats te behalen.
08

vegen, snel bewegen

to move something quickly and smoothly across a surface
Transitive: to sweep sth somewhere
example
Voorbeelden
He swept his hand over the surface of the water to feel the temperature.
Hij veegde zijn hand over het wateroppervlak om de temperatuur te voelen.
I accidentally swept the papers off the desk while reaching for my pen.
Ik heb per ongeluk de papieren van het bureau geveegd terwijl ik naar mijn pen reikte.
09

vegen, schoonvegen

to cover or target an entire area with a gun, typically by firing in a sweeping motion or pattern
Transitive: to sweep an area
example
Voorbeelden
The soldier swept the field with gunfire, ensuring no one could approach.
De soldaat veegde het veld schoon met vuur, ervoor zorgend dat niemand kon naderen.
The soldiers were ordered to sweep the building with their weapons drawn.
De soldaten kregen het bevel om het gebouw te vegen met hun wapens getrokken.
01

vegen, bereik

a wide scope
example
Voorbeelden
The novel covers the entire sweep of European history.
The director captured the sweep of the landscape in a single shot.
02

veeg, loopactie naar de zijlijn

(American football) a running play where the ball carrier runs toward the sideline to gain yards
example
Voorbeelden
The running back executed a sweep to the right.
De running back voerde een sweep naar rechts uit.
They used a sweep to gain yards on the outside.
Ze gebruikten een veeg om yards te winnen aan de buitenkant.
03

vegen, beweging in een boog

a movement in an arc
example
Voorbeelden
The dancer made a graceful sweep across the stage.
He swung his arm in a wide sweep.
04

een lange riem gebruikt in een open boot, een lange riem voor open boot

a long oar used in an open boat
example
Voorbeelden
Each rower took hold of a sweep.
The coxswain instructed them to use their sweeps evenly.
05

vegen, grand slam

winning all or all but one of the tricks in bridge
example
Voorbeelden
She scored a sweep in the last round of bridge.
The team managed a complete sweep of the tricks.
06

schoorsteenveger, schoorsteenreiniger

someone who cleans soot from chimneys
example
Voorbeelden
The sweep climbed the chimney to remove soot.
Chimney sweeps were essential in Victorian London.
LanGeek
Download de App
langeek application

Download Mobile App

stars

app store