fancy
fan
ˈfæn
fān
cy
si
si
British pronunciation
/fˈænsi/

Definitie en betekenis van "fancy"in het Engels

01

uitgebreid, verfijnd

elaborate or sophisticated in style, often designed to impress
fancy definition and meaning
example
Voorbeelden
She wore a fancy gown to the ball, adorned with intricate lace and jewels.
Ze droeg een chique jurk naar het bal, versierd met ingewikkeld kant en juwelen.
He lived in a fancy penthouse apartment with stunning views of the city skyline.
Hij woonde in een chique penthouseappartement met een adembenemend uitzicht op de skyline van de stad.
02

luxe, hoogwaardig

(of food) having high quality
example
Voorbeelden
The restaurant is known for having fancy dishes with exquisite presentation.
Het restaurant staat bekend om zijn chique gerechten met een verfijnde presentatie.
He treated himself to a fancy dinner at a five-star restaurant.
Hij trakteerde zichzelf op een chique diner in een vijfsterrenrestaurant.
03

bont, veelkleurig

(of flowers) having two or more distinct colors or patterns
example
Voorbeelden
The fancy petunias bloomed in shades of purple and white.
De bonte petunia's bloeiden in tinten paars en wit.
She planted a variety of fancy begonias with vibrant, multicolored petals.
Ze plantte een verscheidenheid aan fancy begonia's met levendige, veelkleurige bloemblaadjes.
to fancy
01

houden van, zin hebben in

to like or want someone or something
Transitive: to fancy sth | to fancy doing sth
to fancy definition and meaning
example
Voorbeelden
Do you fancy going out for dinner tonight?
Heb je zin om vanavond uit eten te gaan?
I do n't fancy the idea of working late on a Friday.
Ik hou niet van het idee om op een vrijdag laat te werken.
02

zich voorstellen, bedenken

to picture or imagine something in one's mind
Transitive: to fancy sth | to fancy doing sth
example
Voorbeelden
Can you fancy a world without smartphones?
Kunt u zich een wereld zonder smartphones voorstellen?
I ca n’t fancy living in a big city.
Ik kan me niet voorstellen in een grote stad te wonen.
03

geloven, wedden

to believe that a contestant has a good chance of winning
Dialectbritish flagBritish
Ditransitive: to fancy a contestant to do sth
Transitive: to fancy a contestant or their chances
example
Voorbeelden
Many people fancy the horse in the lead to take first place.
Veel mensen wedden op het leidende paard om de eerste plaats te behalen.
I do n’t fancy the chances of the underdog team in this competition.
Ik geloof niet in de kansen van het underdogteam in deze wedstrijd.
04

Ze vindt hem echt leuk maar heeft het hem nog niet verteld., Ze is echt verliefd op hem maar heeft het nog niet toegegeven.

to feel attracted to someone in a romantic or sexual way
Dialectbritish flagBritish
Transitive: to fancy sb
example
Voorbeelden
She really fancies him but has n’t told him yet.
Ze fancy hem echt maar heeft het hem nog niet verteld.
I do n't think she fancies him, even though he likes her.
Ik denk niet dat ze hem fancy, ook al vindt hij haar leuk.
01

verbeelding, fantasie

the faculty or power of the imagination, often involving whimsical or creative thoughts
example
Voorbeelden
His fancy led him to dream of exploring distant planets.
Zijn verbeelding leidde hem ertoe te dromen van het verkennen van verre planeten.
The artist's work was inspired by the fanciest of dreams and ideas.
Het werk van de kunstenaar was geïnspireerd door de meest fantasierijke dromen en ideeën.
02

een sterk verlangen, een hunkering

a strong desire or longing for something or someone
example
Voorbeelden
She had a fancy for traveling the world and experiencing new cultures.
Ze had een voorliefde voor reizen over de wereld en het ervaren van nieuwe culturen.
His fancy for adventure led him to take risks others would n’t.
Zijn voorliefde voor avontuur deed hem risico's nemen die anderen niet zouden nemen.
03

gril, voorliefde

a liking or attraction formed impulsively or without reason
example
Voorbeelden
She took a fancy to the old painting at the market.
Ze kreeg een voorliefde voor het oude schilderij op de markt.
He developed a fancy for exotic foods after traveling abroad.
Hij ontwikkelde een voorliefde voor exotisch eten na reizen in het buitenland.
04

decoratief klein cakeje, lekkernij

a small, decorative cake, often with icing
example
Voorbeelden
She enjoyed the delicate fancies at the dessert table.
Ze genoot van de delicate kleine taartjes bij het dessertbuffet.
The bakery offered a variety of flavored fancies for the event.
De bakkerij bood een verscheidenheid aan decoratieve kleine taarten voor het evenement aan.
to fancy oneself
to fancy oneself
01

to have an excessive or exaggerated opinion of one's own abilities, attractiveness, importance, or value

example
Voorbeelden
He fancies himself an expert, but he knows very little.
She fancies herself as the best singer in the group.
LanGeek
Download de App
langeek application

Download Mobile App

stars

app store