Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
to throw out
[phrase form: throw]
01
weggooien, zich ontdoen van
to get rid of something that is no longer needed
Transitive: to throw out sth
Voorbeelden
Do n't forget to throw the trash out before you leave.
Vergeet niet het afval weg te gooien voordat je vertrekt.
Do n't throw out the receipt, we might need it later.
Gooi de bon niet weg, we hebben hem misschien later nodig.
02
eruit gooien, verdrijven
to evict someone from a place
Transitive: to throw out sb
Voorbeelden
The landlord decided to throw the unruly tenants out.
De huisbaas besloot de onhandelbare huurders eruit te gooien.
They were thrown out of the bar for causing a disturbance.
Ze werden uit de bar gegooid omdat ze overlast veroorzaakten.
03
gooien, voorstellen
to present an idea, suggestion, or proposal
Transitive: to throw out an idea or proposal
Voorbeelden
He threw out a proposal for a company-wide training program.
Hij gooide een voorstel voor een bedrijfsbreed trainingsprogramma op tafel.
Let's throw these new features out for consideration in the next sprint.
Laten we deze nieuwe functies voorleggen voor overweging in de volgende sprint.
04
verwerpen, uitsluiten
to reject a case or evidence from legal consideration
Transitive: to throw out a case or evidence
Voorbeelden
The judge decided to throw the evidence out due to its questionable authenticity.
De rechter besloot het bewijs te verwerpen vanwege de twijfelachtige authenticiteit.
They could n't proceed with the trial after the judge threw out the key witness's testimony.
Ze konden niet doorgaan met het proces nadat de rechter het getuigenis van de belangrijkste getuige had verworpen.
05
ontslaan, eruit gooien
to dismiss someone from a role or position
Transitive: to throw out sb
Voorbeelden
They threw out the manager due to poor performance.
Ze hebben de manager eruit gegooid vanwege slechte prestaties.
The company threw out the employee for violating company policies.
Het bedrijf heeft de werknemer ontslagen wegens overtreding van het bedrijfsbeleid.
06
afleiden, afleiden
to divert someone's attention from the main subject or task at hand
Transitive: to throw out sb/sth
Voorbeelden
Unexpected technical issues can throw out a live broadcast.
Onverwachte technische problemen kunnen een live-uitzending afleiden.
The sudden interruption threw out the flow of the conversation.
De plotselinge onderbreking leidde af van de stroom van het gesprek.
07
weggooien, improviseren
to create something without thoughtful planning or organization
Transitive: to throw out sth
Voorbeelden
She decided to throw out a quick sketch for the art project.
Ze besloot een snelle schets voor het kunstproject uit te gooien.
The chef threw out a new recipe using leftover ingredients.
De chef bedacht een nieuw recept met resterende ingrediënten.



























