Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
across
Voorbeelden
She swam across easily despite the strong current.
Ze zwom ondanks de sterke stroming gemakkelijk over.
The cat darted across before the car could pass.
De kat schoot naar de andere kant voordat de auto kon passeren.
1.1
breed, over
used with measurements to show the extent from one side to the other
Voorbeelden
The pond is about 50 meters across.
De vijver is ongeveer 50 meter breed.
The painting measures six feet across.
Het schilderij meet zes voet in breedte.
Voorbeelden
She stood with her arms folded across.
Ze stond met haar armen over elkaar.
The logs were laid across to form a barrier.
De boomstammen werden kruislings gelegd om een barrière te vormen.
03
horizontaal, in horizontale richting
used to refer to a crossword clue that reads horizontally
Voorbeelden
The answer to 14 across was obvious.
Het antwoord op 14 horizontaal was duidelijk.
He solved 9 across quickly.
Hij loste snel 9 horizontaal op.
04
over, op een begrijpelijke manier
in a way that makes something understood, learned, or successful
Voorbeelden
She struggled to get her point across.
Ze worstelde om haar punt duidelijk over te brengen.
The teacher put the concept across very clearly.
De leraar bracht het concept heel duidelijk over.
across
Voorbeelden
The swimmer swam across the river to reach the opposite bank.
De zwemmer zwom over de rivier om de overkant te bereiken.
The cat leaped across the fence and entered the neighbor's yard.
De kat sprong over het hek en betrad de tuin van de buurman.
1.1
aan de andere kant van, tegenover
on the opposite side of a given area or location
Voorbeelden
My friend lives across the road from us.
Mijn vriend woont aan de overkant van de straat van ons.
She waved at her friend from across the room.
Ze zwaaide naar haar vriend van de andere kant van de kamer.
02
over, schuin door
used to describe something crossing over or passing through at an angle
Voorbeelden
He sawed across the grain of the wood to make a smooth cut.
Hij zaagde dwars op de nerf van het hout om een gladde snede te maken.
The river cut across the valley, forming a natural boundary.
De rivier sneed door de vallei en vormde een natuurlijke grens.
Voorbeelden
The news spread quickly across the town.
Het nieuws verspreidde zich snel door de stad.
These traditions are followed across different regions.
Deze tradities worden overal in verschillende regio's gevolgd.
04
over, op
used to indicate encountering or coming into contact with something or someone, often by chance
Voorbeelden
I came across an old photograph in the attic yesterday.
Ik kwam gisteren een oude foto op zolder tegen.
She came across a new book on the shelf she had n't noticed before.
Ze kwam een nieuw boek tegen op de plank dat ze eerder niet had opgemerkt.
05
over, tijdens
during a period of time
Voorbeelden
The idea of freedom has resonated across generations.
Het idee van vrijheid heeft door de generaties heen weerklank gevonden.
The project will unfold across several months.
Het project zal zich over enkele maanden ontvouwen.
across
01
dwars, gekruist
positioned or arranged crosswise
Voorbeelden
The roof was supported by an across system of wooden beams.
Het dak werd ondersteund door een dwars systeem van houten balken.
We admired the across design of the tiled floor.
We bewonderden het dwarse ontwerp van de betegelde vloer.



























