Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
01
stijf, hard
not flexible and therefore hard to bend or change shape
Voorbeelden
The cardboard was too stiff to fold into the desired shape.
The artist chose a stiff canvas to create a more structured painting.
De kunstenaar koos een stijf canvas om een meer gestructureerd schilderij te maken.
02
stijf, strak
not moving or operating freely due to being rigid or tight
Voorbeelden
The door was so stiff that it took a lot of force to open it.
De deur was zo stijf dat het veel kracht kostte om hem te openen.
Voorbeelden
He gave a stiff response to the casual question.
Hij gaf een stijve reactie op de informele vraag.
His stiff attitude made it hard to connect with him.
Zijn stijve houding maakte het moeilijk om contact met hem te maken.
04
krachtig, sterk
powerful
05
stijf, streng
harsh or severe in nature or effect
Voorbeelden
The negotiation process became stiff as both sides refused to compromise on their terms.
Het onderhandelingsproces werd stijf toen beide partijen weigerden compromissen te sluiten over hun voorwaarden.
After sitting in the same position for hours, I stood up with a stiff back that made it hard to move.
Na urenlang in dezelfde positie te hebben gezeten, stond ik op met een stijve rug die het moeilijk maakte om te bewegen.
06
dronken, laveloos
very drunk
07
standvastig, vastberaden
marked by firm determination or resolution; not shakable
08
stijf, strak
(of a person or body part) unable to move easily or comfortably, often due to pain or tightness in the muscles or joints
Voorbeelden
He felt stiff from the repetitive movements at work.
Hij voelde zich stijf van de repetitieve bewegingen op het werk.
The injury left his arm stiff and difficult to move.
Het letsel liet zijn arm stijf en moeilijk te bewegen achter.
01
gewone man, gemiddelde persoon
an ordinary man
02
lijk, dode
the dead body of a human being
Lexicale Boom
stiffen
stiffly
stiffness
stiff



























