Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
solitary
01
eenzaam, alleen
performed alone, without the involvement or companionship of others
Voorbeelden
He took a solitary walk through the park to clear his mind.
Hij maakte een eenzame wandeling door het park om zijn hoofd leeg te maken.
Writing can be a solitary task, often requiring long hours of quiet focus.
02
enig, eenzaam
existing as the only one and without any other of the same kind
Voorbeelden
They could n’t find a solitary clue to solve the mystery.
Ze konden geen enkele aanwijzing vinden om het mysterie op te lossen.
Not a solitary witness came forward to testify in the case.
Geen eenzame getuige kwam naar voren om te getuigen in de zaak.
Voorbeelden
The solitary star shone brightly in the night sky, surrounded by darkness.
De eenzame ster scheen helder aan de nachtelijke hemel, omringd door duisternis.
He lived a solitary life in a remote cabin, far from the nearest town.
Hij leefde een eenzaam leven in een afgelegen hut, ver van de dichtstbijzijnde stad.
Voorbeelden
The cabin was located in a solitary spot deep within the forest, far from any roads.
De hut lag op een afgelegen plek diep in het bos, ver van wegen.
She enjoyed the solitary beach, where she could relax without encountering anyone.
Ze genoot van het eenzame strand, waar ze kon ontspannen zonder iemand tegen te komen.
05
eenzaam, alleenlevend
(of animals) living and existing alone rather than in groups or pairs
Voorbeelden
The solitary tiger roamed its territory without the company of others.
De eenzame tijger zwierf door zijn territorium zonder het gezelschap van anderen.
Solitary bees build their nests independently, unlike hive-dwelling species.
Solitaire bijen bouwen hun nesten onafhankelijk, in tegenstelling tot soorten die in bijenkorven leven.
06
eenzaam, geïsoleerd
(of plants) growing alone as apposed to in clusters
Voorbeelden
Some plants, like the solitary cactus, thrive in isolation in the desert.
Sommige planten, zoals de eenzame cactus, gedijen in isolatie in de woestijn.
A solitary pine tree grew on the mountainside, standing tall amidst the rocky terrain.
Een eenzame dennenboom groeide op de berghelling, hoog oprijzend tussen het rotsachtige terrein.
Voorbeelden
She became increasingly solitary, her isolation leading to a deep sense of melancholy.
Ze werd steeds eenzamer, haar isolement leidend tot een diep gevoel van melancholie.
The solitary prisoner struggled with feelings of sadness and despair.
De eenzame gevangene worstelde met gevoelens van verdriet en wanhoop.
Solitary
Voorbeelden
The solitary had lived in the mountains for years, far from any human contact.
De kluizenaar had jaren in de bergen gewoond, ver van enig menselijk contact.
Known as a solitary, she rarely ventured into town, preferring the quiet of her isolated cabin.
02
isolement, eenzame opsluiting
the practice of isolating a prisoner from others, typically as a form of punishment
Voorbeelden
The inmate was placed in solitary for violating prison rules.
De gevangene werd in eenzame opsluiting geplaatst wegens het overtreden van de gevangenisregels.
He spent several weeks in solitary, cut off from all human contact.
Hij bracht enkele weken door in eenzame opsluiting, afgesneden van alle menselijk contact.
Lexicale Boom
solitarily
solitariness
solitary
solitar



























