Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
Annoyance
01
ergernis, irritatie
a feeling of irritation or discomfort caused by something that is bothersome, unpleasant, or disruptive
Voorbeelden
The constant buzzing of the fly was a source of great annoyance.
Het constante gezoem van de vlieg was een bron van grote ergernis.
His loud chewing was a frequent annoyance during meals.
Zijn luide kauwen was een veelvoorkomende ergernis tijdens de maaltijden.
02
ergernis, irritatie
anger produced by some annoying irritation
03
ergernis, irritatie
the act of troubling or annoying someone
04
ergernis, bron van ongeluk
something or someone that causes trouble; a source of unhappiness
05
ergernis, vervelend persoon
an unpleasant person who is annoying or exasperating
Lexicale Boom
annoyance
annoy
