Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
01
kwiek, energiek
energetic and agile, especially in older age
Voorbeelden
The spry old man impressed everyone with his ability to climb the steep hill without breaking a sweat.
De kwieke oude man maakte indruk op iedereen met zijn vermogen om de steile heuvel te beklimmen zonder te zweten.
Despite her advanced age, Grandma was still spry enough to keep up with her grandchildren on the playground.
Ondanks haar gevorderde leeftijd was oma nog steeds kwiek genoeg om haar kleinkinderen bij te houden op de speelplaats.
Voorbeelden
The spry athlete sprinted across the field to score the winning goal.
De kwieke atleet sprintte over het veld om het winnende doelpunt te scoren.
Even in her later years, she was spry and could outrun many of the younger kids.
Zelfs op latere leeftijd was ze kwiek en kon ze veel van de jongere kinderen voorblijven.



























