halfway
half
ˈhæf
hāf
way
weɪ
vei
British pronunciation
/hˈɑːfwe‍ɪ/

Definitie en betekenis van "halfway"in het Engels

halfway
01

halverwege, op het middenpunt

at or to a midpoint between two locations
halfway definition and meaning
example
Voorbeelden
The gas station is halfway between Boston and New York.
Het tankstation ligt halverwege tussen Boston en New York.
She paused halfway up the stairs to catch her breath.
Ze stopte halverwege de trap om op adem te komen.
1.1

halverwege, half

in the middle of a period or duration
example
Voorbeelden
He fell asleep halfway through the lecture.
Hij viel halverwege de lezing in slaap.
The power went out halfway into the movie.
De stroom viel uit halverwege de film.
02

halfweg, gedeeltelijk

to a partial or moderate degree
example
Voorbeelden
If you 'd just try halfway, you'd see improvement.
Als je gewoon halfweg zou proberen, zou je verbetering zien.
His apology sounded halfway sincere.
Zijn verontschuldiging klonk half oprecht.
01

halverwege, half

located at or relating to the middle point between two ends or stages
example
Voorbeelden
The runners reached the halfway mark of the marathon.
De lopers bereikten het halverwege-punt van de marathon.
We're at the halfway stage of the construction project.
We zitten in de halverwege fase van het bouwproject.
02

half, onvolledig

not fully developed or implemented
example
Voorbeelden
The government proposed a halfway compromise to end the dispute.
De regering stelde een halfslachtig compromis voor om het geschil te beëindigen.
These halfway measures wo n't solve the real problem.
Deze halve maatregelen zullen het echte probleem niet oplossen.
LanGeek
Download de App
langeek application

Download Mobile App

stars

app store