disadvantage
dis
ˌdɪs
dis
ad
əd
ēd
van
ˈvæn
vān
tage
tɪʤ
tij
British pronunciation
/ˌdɪsədˈvɑːntɪʤ/

Definitie en betekenis van "disadvantage"in het Engels

01

nadeel, bezwaar

a situation that has fewer or no benefits over another, which makes succeeding difficult
disadvantage definition and meaning
example
Voorbeelden
Growing up in a remote village put him at a disadvantage compared to his peers in the city.
Opgroeien in een afgelegen dorp bracht hem in een nadeel vergeleken met zijn leeftijdsgenoten in de stad.
The lack of advanced technology in the school is a significant disadvantage for the students.
Het gebrek aan geavanceerde technologie op school is een aanzienlijk nadeel voor de studenten.
to disadvantage
01

benadelen, schaden

to reduce someone or something's chance of success compared to that of other people or things
example
Voorbeelden
The new policy might disadvantage smaller businesses compared to larger corporations.
Het nieuwe beleid zou kleinere bedrijven in vergelijking met grote bedrijven benadelen.
Lack of access to education can disadvantage children in developing countries.
Gebrek aan toegang tot onderwijs kan kinderen in ontwikkelingslanden benadelen.
LanGeek
Download de App
langeek application

Download Mobile App

stars

app store