Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
to belong to
[phrase form: belong]
01
behoren tot, in bezit zijn van
to be owned by a particular person or group
Voorbeelden
The beautiful garden belongs to the community and is open to everyone.
De prachtige tuin behoort toe aan de gemeenschap en is open voor iedereen.
The antique necklace belongs to my grandmother.
De antieke ketting behoort toe aan mijn grootmoeder.
02
behoren tot, lid zijn van
to be a member or part of a particular group or organization
Voorbeelden
Can you believe he used to belong to a rock band during college?
Kun je geloven dat hij tijdens zijn studie bij een rockband hoorde?
Throughout his youth, he belonged to the youth orchestra, playing the violin with dedication.
Gedurende zijn jeugd behoorde hij tot het jeugdorkest, waar hij met toewijding viool speelde.
03
behoren tot, domineren
to be the most successful or popular individual in a particular activity
Voorbeelden
The 100 m sprint belongs to Usain Bolt thanks to his unmatched speed and multiple Olympic golds.
De 100 meter sprint behoort toe aan Usain Bolt dankzij zijn ongeëvenaarde snelheid en meerdere Olympische gouden medailles.
For a period, women 's basketball on the international stage really seemed to belong to team USA and its unmatched gold medal hauls.
Een tijdje leek vrouwenbasketbal op het internationale toneel echt toe te behoren aan het Amerikaanse team en zijn ongeëvenaarde oogst aan gouden medailles.



























