Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
01
mest, drek
the solid waste produced by animals
Voorbeelden
After grazing all morning, the cows left piles of dung in the field.
Na de hele ochtend te hebben gegraasd, lieten de koeien hopen mest achter in het veld.
When it rains, dung on the road can make it slippery for cars.
Wanneer het regent, kan mest op de weg het glad maken voor auto's.
to dung
01
poepen, schijten
(of animals) to produce solid waste
Voorbeelden
Birds dung on cars parked under their nests.
Vogels poepen op auto's die onder hun nesten geparkeerd staan.
A rabbit dunged in the corner of its hutch every morning.
Een konijn poepte elke ochtend in de hoek van zijn hok.
02
bemesten, mesten
to fertilize soil or plants with animal droppings
Voorbeelden
Researchers dunged test plots to compare crop yields.
De onderzoekers bemestten de proefpercelen om de gewasopbrengsten te vergelijken.
Each spring, the gardener dungs the flower beds
Elke lente bemest de tuinman de bloemperken.



























