Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
to check on
01
controleren, navraag doen naar
to check the wellbeing, truth, or condition of someone or something
Transitive
Voorbeelden
She called her elderly neighbor every morning to check on her wellbeing and see if she needed any assistance.
Ze belde elke ochtend haar bejaarde buurvrouw om te controleren hoe het met haar ging en te zien of ze hulp nodig had.
The manager decided to check on the progress of the project to ensure it was on track for completion.
De manager besloot om de voortgang van het project te controleren om ervoor te zorgen dat het op schema lag voor voltooiing.



























