Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
01
onkruid, woekerplant
any wild and unwanted plant that may harm the process of growth in a farm or garden
Voorbeelden
After a few weeks of neglect, the garden was overrun with weeds, so she spent the afternoon pulling them out.
Na een paar weken verwaarlozing was de tuin overwoekerd met onkruid, dus bracht ze de middag door met het uittrekken ervan.
To keep the lawn looking neat, he regularly mowed and removed any weeds that sprouted.
Om het gazon er netjes uit te laten zien, maaide hij regelmatig en verwijderde hij alle onkruiden die opkwamen.
02
wiet, gras
marijuana; the dried leaves or resin of cannabis, smoked or consumed for its effects
Voorbeelden
You got any weed on you, or should we pick some up before the party?
Heb je weed bij je, of moeten we voor het feest wat halen?
She said she quit smoking weed because it made her too anxious.
Ze zei dat ze gestopt was met het roken van wiet omdat het haar te angstig maakte.
03
een zwarte band, een teken van rouw
a black band worn by a man (on the arm or hat) as a sign of mourning
to weed
01
wieden, onkruid verwijderen
to rid a garden or other area of land of unwanted plants
Transitive: to weed an area of land
Voorbeelden
She weeds the flower beds every weekend to keep them tidy and healthy.
Ze wiedt de bloembedden elk weekend om ze netjes en gezond te houden.
They weed the vegetable patch by hand to prevent unwanted plants from competing with the crops.
Ze wieden de groentetuin met de hand om te voorkomen dat ongewenste planten concurreren met de gewassen.



























