tree
tree
tri:
tri
British pronunciation
/triː/

Definitie en betekenis van "tree"in het Engels

01

boom, boom

a very tall plant with branches and leaves, that can live a long time
Wiki
tree definition and meaning
example
Voorbeelden
I enjoyed the sweet scent of blossoms on the flowering tree.
Ik genoot van de zoete geur van bloemen aan de bloeiende boom.
The leaves on the tree turned vibrant shades of red, orange, and yellow in the autumn.
De bladeren aan de boom veranderden in levendige tinten rood, oranje en geel in de herfst.
02

boom, vertakte figuur

a figure that branches from a single root
to tree
01

een schoen op een leest rekken, een schoen op een leest zetten

stretch (a shoe) on a shoetree
02

een dier een boom in jagen, een dier tot een boom achtervolgen

chase an animal up a tree
03

bomen planten, bebossen

plant with trees
04

in het nauw drijven, vastzetten

force a person or an animal into a position from which he cannot escape
LanGeek
Download de App
langeek application

Download Mobile App

stars

app store