Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
to swell
01
zwellen, opzwellen
to become rounder or larger, particularly due to an increase in the amount of fluid
Intransitive
Voorbeelden
After spraining her ankle, it started to swell, indicating inflammation.
Nadat ze haar enkel had verstuikt, begon het te zwellen, wat op een ontsteking duidt.
Allergic reactions can cause the face to swell, making features temporarily larger.
Allergische reacties kunnen ervoor zorgen dat het gezicht opzwelt, waardoor de kenmerken tijdelijk groter worden.
02
zwellen, toenemen
to increase in size, volume, or intensity, often in a gradual or steady manner
Intransitive
Voorbeelden
The company ’s profits swelled after the successful product launch.
De winsten van het bedrijf zwollen na de succesvolle productlancering.
The balloon began to swell as air was pumped into it, growing larger with each breath.
De ballon begon te zwellen toen er lucht in werd gepompt, en werd met elke ademhaling groter.
03
zwellen, zich vullen
to be strongly or intensely filled with a specific emotion
Intransitive: to swell with an emotion
Voorbeelden
His heart swelled with pride when he saw his son score the winning goal.
Zijn hart zwol van trots toen hij zijn zoon de winnende goal zag maken.
As the national anthem played, his heart swelled with patriotism.
Terwijl het volkslied speelde, zwol zijn hart van patriottisme.
04
zwellen, opzwellen
to form large waves or swells often as a result of wind or other natural forces
Intransitive
Voorbeelden
The ocean began to swell as the storm clouds gathered on the horizon.
De oceaan begon te zwellen terwijl de stormwolken zich aan de horizon verzamelden.
The waves swelled dramatically overnight, making it difficult to navigate the waters.
De golven zwollen 's nachts dramatisch aan, waardoor het moeilijk werd om over het water te navigeren.
05
zwellen, groeien
to cause a feeling or emotion to grow stronger or more intense within a person
Intransitive
Voorbeelden
A sense of pride swelled within him as he received the award.
Een gevoel van trots zwol in hem aan toen hij de prijs in ontvangst nam.
The excitement in the room swelled as the concert time approached.
De opwinding in de kamer zwol aan naarmate het concerttijdstip naderde.
06
zwellen, toenemen
to cause something to become larger, more numerous, or more intense
Transitive: to swell sth
Voorbeelden
The company ’s success swelled their customer base, leading to increased demand.
Het succes van het bedrijf vergroting zijn klantenbestand, wat leidde tot een verhoogde vraag.
The approaching storm swelled the river ’s water levels, making evacuation necessary.
De naderende storm deed de waterstanden van de rivier stijgen, waardoor evacuatie noodzakelijk werd.
01
deining, zwelling
the undulating movement of the surface of the open sea
02
bult, verheffing
a rounded elevation (especially one on an ocean floor)
03
een crescendo gevolgd door een decrescendo, een toename gevolgd door een afname
a crescendo followed by a decrescendo
04
een man die veel geeft om zijn kleding en uiterlijk, een dandy
a man who is much concerned with his dress and appearance
01
geweldig, fantastisch
very good
Lexicale Boom
swelled
swelling
swell



























