Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
quizzical
Voorbeelden
He wore a quizzical expression after hearing the surprising news.
Hij had een verbaasde uitdrukking na het horen van het verrassende nieuws.
She gave him a quizzical glance, unsure whether he was serious or joking.
Ze gaf hem een vragende blik, onzeker of hij serieus was of een grap maakte.
Voorbeelden
He gave her a quizzical smile after she made an unusual comment.
Hij gaf haar een spottende glimlach nadat ze een ongebruikelijke opmerking maakte.
Her quizzical tone suggested she did n’t quite believe his story.
Haar spottende toon suggereerde dat ze zijn verhaal niet helemaal geloofde.
Voorbeelden
His quizzical behavior made everyone at the party take notice.
Zijn eigenaardige gedrag trok de aandacht van iedereen op het feest.
The quizzical art installation attracted visitors with its unusual combination of objects.
De eigenaardige kunstinstallatie trok bezoekers aan met zijn ongebruikelijke combinatie van objecten.



























