Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
to pass out
[phrase form: pass]
01
flauwvallen, het bewustzijn verliezen
to lose consciousness
Intransitive
Voorbeelden
It was so hot in the room that she felt like she was going to pass out.
Het was zo heet in de kamer dat ze het gevoel had dat ze ging flauwvallen.
He passed out from exhaustion after the marathon.
Hij viel flauw van uitputting na de marathon.
02
uitdelen, verdelen
to distribute something to a group of people
Transitive: to pass out sth
Voorbeelden
The teacher passed out the assignments to the students.
De leraar deelde de opdrachten uit aan de leerlingen.
They were passing out flyers for the upcoming event at the mall.
Ze waren flyers uit te delen voor de komende evenement in het winkelcentrum.
03
in slaap vallen door uitputting, plotseling in slaap vallen
to suddenly fall asleep from tiredness or exhaustion
Voorbeelden
I was so exhausted I passed out on the couch.
Ik was zo uitgeput dat ik op de bank buiten westen raakte.
He passed out immediately after getting home.
Hij viel flauw onmiddellijk nadat hij thuis kwam.



























