Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
to avow
01
verklaren, belijden
to publicly state that something is the case
Transitive: to avow sth
Voorbeelden
The politician avowed their commitment to transparency and accountability in government.
De politicus verklaarde zijn inzet voor transparantie en verantwoording in de regering.
In the courtroom, the witness avowed the accuracy of their testimony under oath.
In de rechtszaal verklaarde de getuige onder ede de nauwkeurigheid van zijn getuigenis.
02
bekennen, openlijk verklaren
to openly and confidently admit or declare something
Transitive: to avow sth
Voorbeelden
She avowed her true feelings for him during the heartfelt conversation.
Ze bekende haar ware gevoelens voor hem tijdens het hartelijke gesprek.
Despite the consequences, he avowed his involvement in the controversial decision.
Ondanks de gevolgen bekende hij zijn betrokkenheid bij de controversiële beslissing.



























