Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
01
wakker, alert
not in a state of sleep or unconsciousness
Voorbeelden
He was fully awake and alert during the early morning meeting.
Hij was volledig wakker en alert tijdens de vroege ochtendvergadering.
The noise outside kept her awake for most of the night.
Het lawaai buiten hield haar het grootste deel van de nacht wakker.
02
wakker, alert
alert, conscious, and mentally and physically stimulated
Voorbeelden
After a quick run in the park, I felt more awake and energized, ready to tackle the rest of my day.
Na een snelle run in het park voelde ik me meer wakker en energiek, klaar om de rest van mijn dag aan te pakken.
03
wakker, bewust
aware of or conscious of a particular issue, situation, or idea
Voorbeelden
After attending the seminar on mental health, I became awake to the stigma surrounding mental illness and decided to become an advocate for greater awareness and understanding.
Na het bijwonen van het seminar over geestelijke gezondheid, werd ik wakker voor het stigma rond psychische aandoeningen en besloot ik een pleitbezorger te worden voor meer bewustzijn en begrip.
to awake
01
wekken, wakker worden
stop sleeping



























