cashier
ca
shier
ˈʃɪr
shir
British pronunciation
/kæʃˈi‍ə/

Definitie en betekenis van "cashier"in het Engels

01

kassier, caissière

a person in charge of paying and receiving money in a hotel, shop, bank, etc.
Wiki
cashier definition and meaning
example
Voorbeelden
He waited in line until the cashier was available to complete his purchase.
Hij wachtte in de rij tot de kassamedewerker beschikbaar was om zijn aankoop af te ronden.
The cashier scanned the items and processed the payment for the groceries.
De kassamedewerker scant de artikelen en verwerkt de betaling voor de boodschappen.
02

kassier, baliemedewerker

an employee of a bank responsible for receiving and paying out money, handling transactions, and assisting customers with financial services
Dialectbritish flagBritish
telleramerican flagAmerican
example
Voorbeelden
The cashier counted the bills carefully before handing them to the customer.
De kassamedewerker telde de biljetten zorgvuldig voordat hij ze aan de klant overhandigde.
She asked the bank cashier to exchange her foreign currency.
Ze vroeg de bankkassier om haar buitenlandse valuta te wisselen.
to cashier
01

oneervol ontslaan, degraderen

to formally remove someone from military service in disgrace
example
Voorbeelden
The officer was cashiered after being found guilty of misconduct.
De officier werd ontslagen nadat hij schuldig werd bevonden aan wangedrag.
He was cashiered from the regiment for violating the chain of command.
Hij werd uit het regiment ontslagen wegens het schenden van de bevelsketen.
02

afwijzen, verwerpen

to reject, abandon, or eliminate something, often abruptly or decisively
example
Voorbeelden
The committee cashiered the outdated proposal without discussion.
De commissie verwierp het verouderde voorstel zonder discussie.
They cashiered the old policies in favor of a more progressive approach.
Zij verwierpen het oude beleid ten gunste van een meer progressieve aanpak.
LanGeek
Download de App
langeek application

Download Mobile App

stars

app store