Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
to shorten
01
verkorten, inkorten
to decrease the length of something
Transitive: to shorten sth
Voorbeelden
The tailor shortened the trousers to fit the customer's height.
De kleermaker verkortte de broek om deze aan te passen aan de lengte van de klant.
He shortened the curtains to fit the new window.
Hij verkortte de gordijnen om ze passend te maken voor het nieuwe raam.
02
verkorten, verminderen
to have a decrease in length of time or duration
Intransitive
Voorbeelden
The days began to shorten as autumn approached.
De dagen begonnen te verkorten toen de herfst naderde.
The lifespan of the flowers shortens as temperatures drop, causing them to wither more quickly.
De levensduur van de bloemen wordt korter naarmate de temperaturen dalen, waardoor ze sneller verwelken.
03
verkorten, inkorten
to edit a text by removing or modifying parts that are considered unnecessary
Transitive: to shorten a text
Voorbeelden
The editor decided to shorten the article by removing sections that contained sensitive information.
De redacteur besloot het artikel te verkorten door secties met gevoelige informatie te verwijderen.
In order to comply with publishing guidelines, the author had to shorten the novel.
Om te voldoen aan de publicatierichtlijnen moest de auteur de roman verkorten.
04
verkorten, verkleinen
to reduce the length of time or duration of something
Transitive: to shorten duration of something
Voorbeelden
She shortens her commute by taking a more direct route.
Ze verkort haar woon-werkverkeer door een meer directe route te nemen.
The team is currently shortening the meeting to focus on key points.
Het team is momenteel de vergadering aan het verkorten om zich te concentreren op de belangrijkste punten.
Lexicale Boom
shortened
shortener
shortening
shorten



























