room
room
ru:m
room
British pronunciation
/ruːm/

Definitie en betekenis van "room"in het Engels

01

kamer, ruimte

a space in a building with walls, a floor, and a ceiling where people do different activities
Wiki
room definition and meaning
example
Voorbeelden
I have a big room with a window.
Ik heb een grote kamer met een raam.
My favorite room in the house is the kitchen because I love cooking.
Mijn favoriete kamer in het huis is de keuken omdat ik graag kook.
02

ruimte, plek

available space that can be utilized for various purposes
example
Voorbeelden
There ’s not enough room in the garage for both cars and the bicycle.
Er is niet genoeg ruimte in de garage voor beide auto's en de fiets.
We need to make some room in the fridge for the groceries.
We moeten wat ruimte maken in de koelkast voor de boodschappen.
03

speelruimte, ruimte

the possibility for growth or development in a given situation
example
Voorbeelden
There ’s room for improvement in your presentation skills.
Er is ruimte voor verbetering in je presentatievaardigheden.
The project has room to expand into new markets next year.
Het project heeft ruimte om zich volgend jaar uit te breiden naar nieuwe markten.
04

publiek, toehoorders

the individuals who are physically present in a room
example
Voorbeelden
The speaker addressed the room, captivating everyone with his stories.
De spreker richtte zich tot de zaal en boeide iedereen met zijn verhalen.
The room erupted in applause after the stunning performance.
De zaal barstte in applaus na de verbluffende voorstelling.
to room
01

een kamer delen, samenwonen

to live or stay in the same room or housing with another person
Intransitive
example
Voorbeelden
During college, I roomed with my best friend for all four years.
Tijdens mijn studie heb ik vier jaar lang een kamer gedeeld met mijn beste vriend.
She is rooming with her sister while they renovate their apartment.
Ze deelt een kamer met haar zus terwijl ze hun appartement renoveren.
02

huisvesten, onderbrengen

to assign or place individuals to live or stay in the same room with another
example
Voorbeelden
The camp counselors roomed us together for the entire week.
De kampbegeleiders hebben ons de hele week samen gehuisvest.
They roomed the exchange students with local families to foster cultural exchange.
Ze huisvestten de uitwisselingsstudenten bij lokale families om culturele uitwisseling te bevorderen.
LanGeek
Download de App
langeek application

Download Mobile App

stars

app store