Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
to loll
01
luieren, lui ontspannen
to relax lazily
Intransitive
Voorbeelden
After a busy week, they loll on the sofa and watch TV.
Na een drukke week luieren ze op de bank en kijken tv.
The cat likes to loll in the sunbeam coming through the window.
De kat houdt ervan om lui te relaxen in de zonnestraal die door het raam komt.
02
hangen, bengelen
to hang or dangle in a relaxed, limp way
Intransitive
Voorbeelden
His arm lolled over the side of the chair as he dozed off.
Zijn arm hing slap over de zijkant van de stoel terwijl hij in slaap viel.
The dog ’s tongue lolled out of its mouth after a long run.
De tong van de hond hing uit zijn mond na een lange ren.



























