Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
Insurance
01
verzekering
the arrangement with an institute or agency according to which they guarantee to make up for the damages in the event of an accident or loss
Voorbeelden
He decided to purchase car insurance to protect himself against potential accidents.
Hij besloot een autoverzekering te kopen om zichzelf te beschermen tegen mogelijke ongelukken.
The insurance policy covers damages to the property caused by natural disasters.
Het verzekeringsbeleid dekt schade aan het eigendom veroorzaakt door natuurrampen.
02
verzekering, verzekeringspolis
written contract or certificate of insurance
Voorbeelden
He showed his insurance before the car rental.
The hospital requested proof of insurance prior to treatment.
03
verzekering, garantie
protection against future loss
Voorbeelden
The company invests in insurance against market fluctuations.
Life insurance ensures protection for the family after death.
Lexicale Boom
coinsurance
reinsurance
insurance
insure
