harry
ha
ˈhɛ
he
rry
ri
ri
British pronunciation
/hˈæɹi/

Definitie en betekenis van "harry"in het Engels

to harry
01

lastigvallen, plagen

to continually annoy someone
Transitive: to harry sb
to harry definition and meaning
example
Voorbeelden
The persistent telemarketer continued to harry the homeowner with calls.
De vasthoudende telemarketeer bleef de huiseigenaar lastigvallen met oproepen.
Troublesome neighbors may harry residents with noise disturbances.
Lastige buren kunnen bewoners treiteren met geluidsoverlast.
02

treiteren, kwellen

to repeatedly attack, harass, or disturb an enemy or their territory
Transitive: to harry an enemy territory
example
Voorbeelden
The army harried the enemy ’s defenses for weeks, slowly wearing them down.
Het leger plaagde de verdediging van de vijand wekenlang, waardoor deze langzaam verzwakte.
Their raids harried the village, causing widespread fear and chaos.
Hun invallen plaagden het dorp, wat wijdverspreide angst en chaos veroorzaakte.
LanGeek
Download de App
langeek application

Download Mobile App

stars

app store