Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
01
duisternis, treurigheid
a state of darkness or low light that often feels sad or heavy
Voorbeelden
The room was filled with gloom after the storm.
De kamer was gevuld met somberheid na de storm.
The old house was covered in gloom, making it seem spooky.
Het oude huis was bedekt met duisternis, waardoor het griezelig leek.
Voorbeelden
A sense of gloom settled over the house after the bad news.
Een gevoel van somberheid daalde neer over het huis na het slechte nieuws.
She could n't shake the gloom that had followed her all week.
Ze kon de somberheid die haar de hele week had gevolgd niet van zich afschudden.
03
somberheid, melancholie
an atmosphere of depression and melancholy
Lexicale Boom
gloomful
gloomy
gloom
