Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
01
ouders, familie
one's parents or family members in general
Dialect
American
Voorbeelden
She 's planning to visit her folks over the weekend to catch up and spend some quality time.
Ze is van plan om in het weekend haar familie te bezoeken om bij te praten en wat quality time door te brengen.
His folks always make a special dinner whenever he comes home from college.
Zijn ouders maken altijd een speciaal diner wanneer hij thuiskomt van de universiteit.
02
mensen, personen
a group of individuals, especially within a community or social setting
Voorbeelden
The neighborhood folks gathered for a barbecue on Saturday afternoon.
De mensen uit de buurt kwamen zaterdagmiddag bijeen voor een barbecue.
She enjoys spending time with the folks at the local community center.
Ze geniet ervan om tijd door te brengen met de mensen in het lokale buurthuis.
Lexicale Boom
folksy
folks



























