Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
engaged
01
verloofd
having formally agreed to marry someone
Voorbeelden
The engaged couple spent months planning their wedding.
Het verloofde stel bracht maanden door met het plannen van hun bruiloft.
They set a date for their wedding soon after becoming engaged.
Ze hebben een datum voor hun huwelijk vastgesteld kort na hun verloving.
02
betrokken, bezig
involved in a task, project, or other activity, either mentally and emotionally or physically
Voorbeelden
She felt engaged in her work after taking on new responsibilities that challenged her skills.
Ze voelde zich betrokken bij haar werk na het op zich nemen van nieuwe verantwoordelijkheden die haar vaardigheden uitdaagden.
The children were fully engaged during the educational workshop, participating eagerly in the activities.
De kinderen waren volledig betrokken tijdens de educatieve workshop en namen enthousiast deel aan de activiteiten.
03
betrokken, betrokken bij militaire vijandelijkheden
involved in military hostilities
04
in de muur ingebouwd, aan de muur bevestigd
built against or attached to a wall
05
gecontracteerd, ingeschakeld
having services contracted for
06
ingrijpend, verstrengeld
(used of toothed parts or gears) interlocked and interacting
08
gereserveerd, bezet
reserved in advance
09
betrokken, geëngageerd
committed or involved in a particular cause, activity, or relationship
Voorbeelden
He 's very engaged in environmental issues and volunteers for a local conservation group.
Hij is zeer betrokken bij milieuproblemen en doet vrijwilligerswerk voor een lokale conservatiegroep.
Lexicale Boom
disengaged
unengaged
engaged
engage



























