Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
to dwindle
01
afnemen, slinken
to diminish in quantity or size over time
Intransitive
Voorbeelden
The water level in the reservoir began to dwindle during the dry season.
Het waterpeil in het reservoir begon te slinken tijdens het droge seizoen.
The company 's profits continued to dwindle due to increased competition in the market.
De winsten van het bedrijf bleven afnemen door de toenemende concurrentie op de markt.
Lexicale Boom
dwindling
dwindling
dwindle



























