Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
coolly
01
koel, zonder enthousiasme
in a distant or unemotional manner; without warmth or enthusiasm
Voorbeelden
She nodded coolly and turned away without another word.
Ze knikte koeltjes en draaide zich om zonder nog een woord te zeggen.
His offer was coolly rejected by the committee.
Zijn aanbod werd koeltjes afgewezen door de commissie.
02
koel, kalm
in a calm and self-controlled manner, without showing strong emotion
Voorbeelden
He coolly explained the plan despite the mounting tension.
Hij legde koel het plan uit ondanks de oplopende spanning.
She coolly assessed the situation before taking action.
Ze beoordeelde de situatie koelbloedig voordat ze actie ondernam.
03
koel, stijlvol
in a way that is stylish or impressive in a relaxed, understated way
Voorbeelden
He strolled in coolly, wearing vintage sunglasses and a leather jacket.
Hij liep cool binnen, met een vintage zonnebril en een leren jas aan.
She was coolly dressed in an oversized blazer and sneakers.
Ze was stijlvol gekleed in een oversized blazer en sneakers.
04
koel, fris
at a somewhat low or refreshing temperature
Voorbeelden
The breeze drifted coolly through the open window.
De bries waaide koel door het open raam.
Water flowed coolly from the mountain spring.
Water stroomde koel uit de bergbron.
Lexicale Boom
coolly
cool



























