Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
Chewing gum
01
kauwgom
a substance for chewing with different tastes such as strawberry, mint, etc.
Voorbeelden
He popped a piece of chewing gum into his mouth to freshen his breath.
Hij stopte een stukje kauwgom in zijn mond om zijn adem te verfrissen.
The kids were excited to choose from a variety of flavors of chewing gum at the store.
De kinderen waren opgewonden om uit een verscheidenheid aan smaken kauwgom in de winkel te kiezen.
