Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
Breakout
01
uitbraak, ontsnapping
an escape from jail
02
de uitbraak, het begin van de aanval
the act of moving the ball from defense to offense to start an attack in lacrosse
Voorbeelden
The defenseman initiated the breakout by passing to the midfielder.
De verdediger zette de uitbraak in door naar de middenvelder te passen.
Our team executed a flawless breakout, quickly advancing the ball up the field.
Ons team voerde een vlekkeloze breakout uit en bracht de bal snel het veld op.
breakout
01
doorbrekend, explosief
suddenly experiencing a smashing success or becoming extremely popular
Dialect
American
to breakout
01
uitbreken, beginnen
to start suddenly, typically referring to the sudden occurrence or spread of a disease
Voorbeelden
A flu epidemic broke out in the city during winter.
Een griepepidemie brak uit in de stad tijdens de winter.
A viral infection broke out among the students in the dormitory.
Een virale infectie brak uit onder de studenten in het studentenhuis.
Lexicale Boom
breakout
break
out



























