Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
okey-dokey
/ˈoʊkiˈdoʊki/
/ˈəʊkidˈəʊki/
okey-dokey
01
oké, goed
used to show agreement, approval, etc.
Voorbeelden
" Okey-dokey, " she replied cheerfully when asked if she was ready to start the meeting.
Okey-dokey, antwoordde ze vrolijk toen ze werd gevraagd of ze klaar was om de vergadering te beginnen.
He nodded and said, " Okey-dokey, let's get started on this project. "
Hij knikte en zei: "Oké, laten we aan dit project beginnen."
02
Oké, OK
used to get attention or emphasize the statement about to be said, in a casual and informal manner
Voorbeelden
Okey-dokey, let's dive into our plans for the weekend!
Okey-dokey, laten we duiken in onze plannen voor het weekend!
Okey-dokey, folks! I've got some exciting news to share with you.
Okey-dokey, mensen! Ik heb wat spannend nieuws om met jullie te delen.
okey-dokey
01
alles goed, perfect
used to convey that everything is good, going well, in order, etc.
Voorbeelden
Yeah, Mom, everything's okey-dokey. No problems.
Ja, mam, alles is okey-dokey. Geen problemen.
Do n't worry, everything's okey-dokey in my world right now.
Maak je geen zorgen, alles is okey-dokey in mijn wereld nu.



























