Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
to vie
01
wedijveren, concurreren
to intensely compete with another person in order to achieve something
Intransitive: to vie for an achievement
Voorbeelden
The two athletes vied for the championship title, displaying remarkable skill and determination.
De twee atleten wedijverden om de kampioenstitel en toonden opmerkelijke vaardigheid en vastberadenheid.
Companies often vie for market dominance, striving to outperform their competitors.
Bedrijven wedijveren vaak om marktdominantie, waarbij ze streven om hun concurrenten te overtreffen.



























