Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
twinning
01
tweeling, dubbel
producing two offspring at a time
02
stedenband
linking two towns, cities, or regions from different countries to promote friendship, cultural exchange, and shared projects
Voorbeelden
Our town's twinning agreement with a French commune has led to student exchange programs.
De stedenband van onze stad met een Franse gemeente heeft geleid tot uitwisselingsprogramma's voor studenten.
The twinning ceremony between the two cities included mayors from both places.
De stedenband ceremonie tussen de twee steden omvatte burgemeesters van beide plaatsen.



























