Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
Tennis
01
tennis
a sport in which two or four players use rackets to hit a small ball backward and forward over a net
Voorbeelden
He dreams of becoming a professional tennis player one day.
Hij droomt ervan om op een dag een professionele tennisspeler te worden.
He likes watching professional tennis matches on TV.
Hij houdt ervan om professionele tenniswedstrijden op tv te kijken.



























