harvest
har
ˈhɑr
haar
vest
vɪst
vist
British pronunciation
/ˈhɑːvɪst/

Definitie en betekenis van "harvest"in het Engels

to harvest
01

oogsten, maaien

to cut and collect a crop
Transitive: to harvest a crop
to harvest definition and meaning
example
Voorbeelden
The farmers harvest wheat in late summer when the grains are fully ripe.
De boeren oogsten de tarwe aan het einde van de zomer wanneer de korrels volledig rijp zijn.
They harvest apples from the orchard in the fall for fresh eating and cider making.
Ze oogsten appels uit de boomgaard in de herfst voor vers eten en het maken van cider.
02

oogsten, vissen

to catch fish or other animals for consumption
Intransitive
Transitive: to harvest animals
example
Voorbeelden
They harvest the fish from the lake each summer.
Ze oogsten elke zomer de vissen uit het meer.
The team harvests crabs from the coastal waters every fall.
Het team oogst krabben uit de kustwateren elke herfst.
03

oogsten, verzamelen

to extract cells, tissues, or organs from a person or animal for medical or research purposes
Transitive: to harvest a tissue or organ
example
Voorbeelden
The surgeons harvested bone marrow from the donor for the transplant.
De chirurgen oogstten beenmerg van de donor voor de transplantatie.
Scientists harvested stem cells from the sample to conduct their experiments.
Wetenschappers oogstten stamcellen uit het monster om hun experimenten uit te voeren.
04

oogsten, verzamelen

to gather resources so one can use them later
Transitive: to harvest a resource
example
Voorbeelden
He harvested rainwater during the monsoon season to use in the dry months.
Hij oogstte regenwater tijdens het moessonseizoen om te gebruiken in de droge maanden.
Scientists harvested energy from solar panels to power the research station.
Wetenschappers oogstten energie uit zonnepanelen om het onderzoeksstation van stroom te voorzien.
01

the amount of produce gathered from crops during one growing season

harvest definition and meaning
example
Voorbeelden
The wheat harvest this year exceeded expectations.
Farmers inspected the harvest before storing it in silos.
02

the act or process of gathering a ripened crop from the fields

harvest definition and meaning
example
Voorbeelden
The harvest took place over two weeks in September.
Volunteers helped with the harvest of apples at the orchard.
03

the season or period during which crops are collected from the fields

example
Voorbeelden
The harvest season in this region lasts from August to October.
Autumn is the main harvest time for pumpkins.
04

de vruchten, de oogst

the result produced by a particular endeavor or period of work
example
Voorbeelden
Her years of archival research bore a rich harvest of previously unknown letters.
Haar jaren van archiefonderzoek leverden een rijke oogst op van voorheen onbekende brieven.
The start-up's innovative campaign led to a harvest of new customers and partnerships.
De innovatieve campagne van de start-up leidde tot een oogst van nieuwe klanten en partnerschappen.
LanGeek
Download de App
langeek application

Download Mobile App

stars

app store