Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
to divest
01
ontnemen, beroven
to take away someone's possession, right, authority, etc.
Transitive: to divest sb of sth
Voorbeelden
The court divested the business owner of their controlling shares due to fraud.
De rechtbank ontnam de bedrijfseigenaar zijn controlerende aandelen wegens fraude.
Political changes may divest individuals of certain rights previously granted.
Politieke veranderingen kunnen individuen ontdoen van bepaalde rechten die eerder waren verleend.
02
ontkleden, afleggen
to remove or take off clothing, accessories, or equipment
Transitive: to divest sb/sth of clothes or accessories
Voorbeelden
She quickly divested herself of her coat when she entered the warm house.
Ze ontdeed zich snel van haar jas toen ze het warme huis binnenkwam.
He divested the horse of its saddle and bridle after the ride.
Hij ontdeed het paard van zijn zadel en hoofdstel na de rit.
03
zich ontdoen van, afstoten
to dispose of or rid oneself of something, such as assets, possessions, or responsibilities
Transitive: to divest oneself of an asset
Voorbeelden
She divests herself of unnecessary clutter by donating old clothes to charity regularly.
Ze ontdoet zich van onnodige rommel door regelmatig oude kleding aan goede doelen te doneren.
Over the years, they have divested themselves of outdated practices, embracing new technologies and methodologies for growth.
Door de jaren heen hebben ze zich ontdaan van verouderde praktijken en nieuwe technologieën en methodologieën omarmd voor groei.
04
ontnemen, beroven
to take away or strip someone of their rank, title, or privileges
Transitive: to divest sb of a title or privilege
Voorbeelden
The king decided to divest the duke of his title for treason.
De koning besloot de hertog van zijn titel te ontdoen wegens verraad.
The corrupt leader was divested of his powers by the council.
De corrupte leider werd door de raad ontdaan van zijn bevoegdheden.
Lexicale Boom
divestment
divest



























