Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
disconnected
01
losgekoppeld, geïsoleerd
separated or divided, often resulting in a lack of unity or cohesion
Voorbeelden
The sudden power outage left the entire neighborhood feeling disconnected from the rest of the world, unable to communicate or access electronic devices.
De plotselinge stroomuitval liet de hele buurt losgekoppeld voelen van de rest van de wereld, niet in staat om te communiceren of elektronische apparaten te gebruiken.
The outdated technology made the office feel disconnected from modern business practices, hindering productivity.
De verouderde technologie maakte dat het kantoor zich losgekoppeld voelde van moderne bedrijfspraktijken, wat de productiviteit belemmerde.
02
losgekoppeld, onsamenhangend
incoherent or fragmented in thought or speech
Voorbeelden
His disconnected arguments made it difficult to follow the point he was trying to make.
Zijn losse argumenten maakten het moeilijk om het punt te volgen dat hij probeerde te maken.
The conversation turned disconnected, jumping from one topic to another without any clear structure.
Het gesprek werd losgekoppeld, springend van het ene onderwerp naar het andere zonder duidelijke structuur.
03
losgekoppeld, uitgeschakeld
not plugged in or connected to a power source
04
losgekoppeld, onsamenhangend
marked by sudden changes in subject and sharp transitions
05
losgekoppeld, gefragmenteerd
(music) marked by or composed of disconnected parts or sounds; cut short crisply
Lexicale Boom
disconnected
connected
connect



























