Zoeken
Selecteer de woordenboektaal
to delegate
01
delegeren, toevertrouwen
to give part of the power, authority, work, etc. to a representative
Transitive: to delegate a responsibility to sb | to delegate a responsibility
Voorbeelden
The President delegated war powers to the Secretary of Defense during the crisis.
De president delegeerde oorlogsbevoegdheden aan de minister van Defensie tijdens de crisis.
The CEO delegated responsibility for the new product launch to the vice president of marketing.
De CEO delegeerde de verantwoordelijkheid voor de lancering van het nieuwe product aan de vice-president marketing.
02
delegeren, toevertrouwen
to assign or entrust a task or responsibility to someone else, often as a representative
Ditransitive: to delegate sb to do sth
Voorbeelden
The committee delegated one of its members to represent them in the press conference.
De commissie delegeerde een van haar leden om hen te vertegenwoordigen op de persconferentie.
He was delegated to represent the company at the international conference.
Hij werd gedelegeerd om het bedrijf te vertegenwoordigen op de internationale conferentie.
Delegate
01
afgevaardigde, vertegenwoordiger
someone who is chosen as a representative of a particular community at a conference, meeting, etc.
Lexicale Boom
delegating
delegate
legate
